Modelleren van BedrijfsProcessen/2013-14/Assignments/Week 4/2 Opdrachtbeschrijving

Studietaak Week 4: 'Process Orchestration' (deel over YAWL en -vooral- 'BPMN')

Achtergrond
In hoofdstuk 4 zijn we al aan de slag geweest met het concrete modelleren van bedrijfsprocessen. Na het werken met Petri nets en Workflow nets gaan we nu in hfdst. 4.7 ook aan de slag met de zogenaamde Business Process Model and Notation (BPMN).
Daarnaast bestuderen we ('oppervlakkig') de theorie van hfdst. 4.3 en 4.5 over resp. EdPC en YAWL en 'gedegen' de theorie van hfdst. 4.7 over BPMN.

Leerdoelen

Na afloop van deze studietaak kun je:

• aangeven wat de betekenis is van de verschillende Control Flow Patterns die in paragraaf 4.1 van het BPM-boek besproken worden;
• aangeven bij welke Control Flow Patterns of combinaties daarvan, er problemen kunnen rijzen en hoe je die eventueel kunt voorkomen;
• verklaren wat Event-driven Process Chains zijn en de positieve en minder positieve aspecten van deze procesmodelleringstechniek aangeven.
• aangeven wat de belangrijkste verschillen in mogelijkheden zijn tussen enerzijds 'Workflow net' en anderzijds YAWL;
• (de) sterke en de zwakke punten aangeven van YAWL;
• aangeven wat in BPMN de basistypen voor 'events', 'activities' en 'gateways' zijn;
• aangeven hoe in BPMN het aspect van 'human resources'/rollen/organisatie in het procesmodel opgenomen kan worden;
• aangeven wat in BPMN het verschil is tussen 'sequence flow' en 'message flow' en hoe beiden gebruikt (moeten) worden;
• processen modelleren via BPMN

Wat moet je doen?

Voorbereiding:
Voor de uitwerking van deze opdracht kun je gebruik maken van de open-source tool: Signavio-tool (van BPM Academic Initiative; registreer eerst via: http://academic.signavio.com ; deze tool heeft een goede mogelijkheid voor een Semantical Analysis).
Een alternatieve BPMN-tool is de Freeware Bizagi Process Modeler (te downloaden via: http://www.bizagi.com -met een slechte Semantical Analysis -optie).

Volg in de MvBP-werkplaats de 'Werkplaats Instructies' (submenu-optie 1 bij deze studietaak) om voor deze opdracht slechts één bijdrage aan te maken: eentje waar je je uitwerking van deze opdracht inzet (in Speciaal:Mypage/2013-14/Modelleren_van_BedrijfsProcessen/Week_4/Opdracht ) en waarbij iedereen vrij access tot je uitwerking heeft, daar kan zien wat je uitwerking is en waar iedereen ook zijn/haar comments/opmerkingen/suggesties kan achterlaten.
N.B. Indien je naar aanleiding van gemaakte suggesties/opmerkingen/voorbeelden van anderen besluit je uitwerking aan te passen, haal dan niet je oude uitwerking/model weg, maar laat hem staan en geef aan waarom je tot het daarna geplaatste nieuwe model hebt besloten. Laat ook het door iemand anders geplaatste commentaar/suggestie staan!

Overzicht van de uit te voeren taken:

• Lees/bestudeer hoofdstuk 4.1 van het gebruikte cursusboek van Mathias Weske (nieuw: pagina's 133 – 148)
• Lees (vrij oppervlakkig) van hoofdstuk 4.3 van dit boek van Mathias Weske (pagina's 158 - 169) over EdPC
• Lees/bestudeer 'oppervlakkig' van hoofdstuk 4.5 van het cursusboek van Mathias Weske de pagina's 182 - 200 over YAWL
• Lees/bestudeer (gedegen!) van hoofdstuk 4.7 van het gebruikte cursusboek de pagina's 206 - 241 over BPMN
• Lees/bestudeer de op het college besproken sheets.
• Maak de hieronder bij deel A aangegeven 'theoretisch opgave' A.4.1.
• Maak de hieronder bij deel B aangegeven 'toegepaste opgaven' over procesmodellering via BPMN. Gebruik liefst de al eerder genoemde Signavio-tool (van BPM Academic Initiative; registreer eerst via: http://academic.signavio.com ; deze tool heeft een goede mogelijkheid voor een Semantical Analysis). Een alternatieve BPMN-tool is de Freeware Bizagi Process Modeler (te downloaden via: http://www.bizagi.com -met een slechte Semantical Analysis -optie).

Deel A: 'theoretische opgaven'

Opgave A.4.1
YAWL and OR-joins
Consider the following YAWL model and the traces given in the table below.

	Traces	Possible?
1.	[a, c, e, b, f, g, h]	?
2.	[a, b, h]	?
3.	[a, c, b, d, h, f, g, h]	?
4.	[a, b, c, e, d, f, g, h]	?
5.	[b, a, f, g]	?
6.	[a, c, d, f, g, b, h]	?
7.	[a, c, e, b, f, h, g, h]	?

• a) Decide for each trace in the table whether or not it is possible according to the given YAWL model.
• b) Imagine the YAWL model where the OR-join before activity h is replaced by an AND-join. Is trace number 3 now possible?
• c) Imagine the YAWL model where the OR-join before activity h is replaced by an XOR-join. Is trace number 3 now possible?

More information on YAWL and workflow nets can be found in the book in chapter 4.

Deel B: 'toegepaste opgaven'

Modelleer de volgende processen met de Business Process Model and Notation (BPMN).
Suggestie: gebruik liefst de al eerder genoemde Signavio-tool (van BPM Academic Initiative; registreer eerst via: http://academic.signavio.com ; deze tool heeft een goede mogelijkheid voor een Semantical Analysis). Een alternatieve BPMN-tool is de Freeware Bizagi Process Modeler (te downloaden via: http://www.bizagi.com -met een slechte Semantical Analysis -optie).

Meer informatie over BPMN kun je vinden in het boek in hoofdstuk 4 (paragraaf 4.7).

Opgave B.4.1 (BPMN modelling 1)
Design the following internal business process using BPMN:
A small company manufactures customized bicycles. Whenever the sales department receives an order, a new process instance is created. A member of the sales department can then reject or accept the order for a customized bike. In the former case, the process instance is finished. In the latter case, the storehouse and the engineering department are informed. The storehouse immediately processes the part list of the order and checks the required quantity of each part. If the part is available in-house, it is reserved. If it is not available, it is back-ordered. This procedure is repeated for each item on the part list. In the meantime, the engineering department prepares everything for the assembling of the ordered bicycle. If the storehouse has successfully reserved or back-ordered every item of the part list and the preparation activity has finished, the engineering department assembles the bicycle. Afterwards, the sales department ships the bicycle to the customer and finishes the process instance.

Opgave B.4.2 (BPMN modelling 2)
In this assignment you should model the interacting processes of the participants described below in BPMN:
Design the processes for a client who wants to establish an on-line catering service. The service should be available over the Internet and provide the options to create or change customer profiles, choose and remove goods from a shopping cart, as well as a checkout. The goods are divided into two types: cold and warm. All cold goods are simply taken from the storehouse, whereas warm goods are prepared half an hour before the delivery starts. After the customer has chosen several gold and warm goods, he can proceed to the checkout. The checkout requires the selection of 1) a customer profile, 2) the delivery time, and 3) the credit card number, which is debited at the bank. Afterwards the order is saved and the customer receives confirmation e-mail. The customer should be able to cancel orders at any time until one hour before the delivery time. The catering service has to check open orders frequently to prepare warm goods in time for delivery. After all cold and warm goods have been collected or prepared, they are delivered to the customer. The next day after the delivery an e-mail is send to the customer asking for feedback about the quality of the service and goods.

Opgave B.4.3 (BPMN modelling 3)
A travel agency wants to establish a booking service.
The service is triggered by an incoming request and can return two different messages, either an unavailable notification or a confirmation. The business process of the service starts by first checking the request. If for certain reasons the request can only be handled manually by an employee (e.g. group travels), a sub-process for manual handling is activated. Otherwise, the process enters a transactional sub-process, where a bus and hotel booking occur in parallel. However, if one of these fails, the transaction is canceled, a log message is written and the unavailability message is sent. If both bookings succeed, an attraction is booked by invoking another service. The only thing that could go wrong is a timeout; i.e. the attraction booking service is not responding in time. If this happens, a manual handling of the booking has to be made. If the attraction booking invocation succeeds, a confirmation is sent. The manual handling always results in a successful booking in which case a confirmation message is sent.

• a) Model the booking service in BPMN.
• b) Model a simple business process in BPMN that interacts successfully with the booking service.

Plaats je oplossingen van deze opgaven in de ‘Werkplaats’; deadline: vrijdag 28 februari 2014 om 10:30u

Stel, mede naar aanleiding van je ervaringen/problemen/invallen bij het bedenken en uittesten van deze modellen, een lijstje op van punten die je op het (werk)college van vrijdag 28/02/2014 wilt inbrengen.

In te leveren uitwerkingen

Resultaat:
Je uitwerkingen van de hierboven gegeven opdrachten bij hoofdstuk 4 (deels) van het cursusboek.

==> Geef in het gekopieerde -bij deze opdracht behorende- werkplaatssjabloon bij de parameter 'Percentage' aan hoeveel procent -naar jouw eigen inschatting- van deze opdracht je correct gemaakt hebt. (dus bijvoorbeeld [tussen dubbele vierkante haken..] Percentage::80 ).
En geef bij de parameter 'Status' een van de volgende waarden aan: 'bezig', 'klaar', 'opgegeven', 'deels geslaagd'. (Dus bijvoorbeeld de default-waarde Status::bezig geeft aan dat je op dat moment nog bezig bent met het werken aan deze opdracht. Als je later er verder aan gewerkt hebt, pas dan die Status- en Percentage-waarde aan.) Je doet ons een groot plezier als je tijdens het werken de hier ingevulde waarden regelmatig ververst.
Vul voor de Studie-parameter een waarde in, zoals IK, IC of hbo-IK (voor 'hbo-doorstromers').

Reflectie / discussie

In dit deel (dat deze keer binnen je opdracht-uitwerking zit) geef je enerzijds kort aan hoe het er bij deze opdracht vanaf hebt gebracht en geef je anderzijds aan andere studenten een mogelijkheid om op een vraag van jou te reageren. Ook deze keer is het zo, dat je gehele uitwerking+reflectie voor iedereen zichtbaar is en dat door iedereen die een verbetering of aanvulling wil doorvoeren, dit aangepast kan worden. Dus als je twijfels hebt bij je eigen beheersing van de stof, vraag dan expliciet om reacties van anderen.

a) je reflectie
Beantwoord hier (kort) de volgende vragen:

• Wat heb je deze week geleerd in relatie tot de vooraan in deze opdracht geformuleerde leerdoelen? Heb je die bereikt?

• Hoe moeilijk vond je deze te bestuderen/verwerken stof?

• Heb je tips voor verbetering?

Uiteraard ben je van tevoren al vragen nagegaan als:

• Is het verkregen antwoord correct of twijfel je daaraan?

• Zijn er alternatieve uitwerkingen die volgens jou minder correct zijn?

b) je discussie-bijdrage/verzoek
Bij dit tweede deel kan je bijdrage heel divers zijn. Het kan zijn dat je hier aan anderen vraagt je te helpen om een bepaalde 'theoretische' vraag te beantwoorden. Of het kan bijvoorbeeld zijn dat je zelf een in jouw ogen hééél moeilijke [of heel geniepige] vraag over de inhoud van dit hoofdstuk formuleert -die je gezien de leerdoelen van deze opdracht nu op zou moeten kunnen lossen- en dat je daarna een uitwerking formuleert [al dan niet bewust fout opgesteld] en dan aan anderen vraagt of je uitwerking correct is en zo niet om er commentaar op te leveren.

Vergeet niet om bij de uit het sjabloon gekopieerde 'variabelen' waarden in te vullen voor zowel 'Studie' als voor 'Remark' (de inhoud van die laatste parameter verschijnt in het Reflectie-overzicht' onder het kopje 'Korte opmerking van auteur zelf').

Kijk ook bij de 'reflectie/discussie-onderdelen' van anderen wat zij daar als vraag hebben gesteld of moeilijke vraag hebben bedacht en of je correcties in of aanvullingen bij hun uitwerking kunt aanbrengen.
We verwachten dat ook jij bij de 'reflecties/discussies' van andere studenten een reactie/commentaar/suggestie geeft. Als je zo'n reactie hebt gegeven, dan wordt je naam toegevoegd in de kolom 'Met commentaar van..'.

Breng je commentaar/suggestie/... als volgt aan: Bewerk de reflectie-pagina van je mede-student. Kopieer en plak onderstaande regel onder zijn/haar reflectie en vervang "Mijn commentaar" door je eigen commentaar en/of vragen.

 {{!|~~~|| Mijn commentaar }} 

En kijk uiteraard regelmatig bij je eigen uitwerking of je door anderen voorgestelde suggesties e.d. begrijpt en/of ze correct zijn en reageer er desnoods op!

N.B. Haal -in tegenstelling tot wat je gewend bent bij B&B- zulk commentaar NIET weg nadat je het hebt gelezen en eventueel verwerkt... Anderen kunnen ervan profiteren!

Op het college van vrijdag 28 februari 2014 worden de ingeleverde uitwerkingen en eventueel gerezen vragen&problemen nabesproken. Zorg er daarom voor dat je eventuele problemen/onduidelijkheden, die je tegen gekomen bent bij het maken van het inleverdeel van deze opdracht, op een rijtje hebt staan, zodat als die knelpunten in de nabespreking niet al eerder ter tafel zijn komen, jij ze zèlf kunt aankaarten.
==> Een uitdraai van je (ingeleverde) uitwerkingen + reflectie geldt als entreebewijs bij dit deel van het college!

Deadline inleveren

Deadline voor het inleveren: vrijdag 28 februari 2014 vóór 10:30u binnen de MvBP-werkplaats; vergeet niet om binnen je uitwerking zowel je naam alsook je studie en je studentnummer te vermelden.
Breng een uitdraai van zowel je uitwerking-deel als van je reflectie-deel als entreebewijs mee naar het college.