Waarheen?/Informatica

Uit Werkplaats
Ga naar: navigatie, zoeken

Informatica als universitaire discipline aan een β-faculteit

Wereldwijd kampt informatica met een imagoprobleem (ook bevestigd door Wendy Hall [1] en Mark Harris [2] op de ECCS [3] in Paris, 8-9 Okt. 2009):

  • Our image is that of geeks and support functions, but mostly not of a strategic asset that contributes to te solution of complex problems. (Mark Harris op de ECCS)
  • Informatics is not about writing services that work for other disciplines, it is more about our way of modelling the world. (Wendy Hall)
  • We have to explain better what we have to offer: how to master complexity, modelling, verification, ... (Wendy Hall)

Daar komt dan ook nog de al op gang zijnde revolutie van Waarheen?/Het tweede computertijdperk bij.

Het tenenkrommende Barbie-filmpje[4] laat alle vooroordelen zien: een beeldscherm zonder vensters en plaatjes zo als die in het echt al 20 jaar niet meer bestaat, telefoon niet aan de computer gekoppeld, attachékoffer voor papier, headset als in een call-center - maar geen enkel interessant detail dat met de informatica van nu te maken heeft. We dragen dit beeld van “geeks and support functions” en “writing services” ook zelf uit als we niet goed op onze voorbeelden letten.

Het andere beeld, dat wij best waar maken maar niet goed uitdragen, werd op de ECCS helder neergezet: Informatica is een jonge natuurwetenschap (Peter J. Denning [5]), net als de andere natuurwetenschappen sterk in het aanpakken van bepaalde soorten problemen. We kunnen de informativa vergelijken met een andere natuurwetenschap: De fysica met haar uiterst krachtige continue modellen en theorieën en een cultuur van verantwoord omgaan met vereenvoudigingen en experimenteren is sterk in de oplossing van – kort door de bocht – problemen die zich met differentiaalvergelijkingen laten aanpakken. De informatica daarentegen is sterk in het aanpakken van niet-continue, uiterst complexe problemen en stoelt daarbij op discrete modellen en theorieën en op taal. Dit was ooit allemaal gemotiveerd door computers en programmeertalen, maar de informatica kan nu al veel meer. Niet alleen computersystemen worden door de informatica gemodelleerd, maar ook de omgevingen, waarin deze gebruikt worden. Bijvoorbeeld de delen van organisaties, bedrijven, maar ook van fabrieken en machines, die met informatie en met besturing te maken hebben. Met groeiende beheersing van het discreet modelleren van uiterst complexe dingen heeft zich het informatica-onderzoek op steeds meer gebieden gericht, van elektronische schakelingen tot en met natuurlijke taal, structuur van organisaties en dergelijke. Van de overige natuurwetenschappen is hooguit de biologie tegenwoordig zo breed (maar niet zo exact). Natuur- en scheikunde modelleren traditioneel een smaller segment van de natuurlijke verschijnselen. (Frits' voorbeeld van roddelende meisjes is geen frivool stapje uit de discipline omwille van de voorlichting; het is juist een voorbeeld voor wat men alles buiten de sfeer van programmering en nerds kan.)

Net als de natuurkunde stoelt de informatica sterk op wiskunde, maar ondertussen is de houding „informatica is eigenlijk een soort (discrete) wiskunde” even dom als de houding „fysica is eigenlijk een soort (analytische) wiskunde”. Beide disciplines hebben ijzersterke wiskundigen nodig, maar beide hebben en kunnen en doen meer. Overigens kan de informatica nog leren van de experimenteercultuur van de fysica (Parnas heeft dit jaren geleden op het Toernooiveld goed uitgelegd).

De uitspraak „informatica gaat over IT en programmeren” is inhoudelijk niet onwaar, maar geeft een eenzijdige indruk. (Dijkstra: "Computer Science is no more about computers than astronomy is about telescopes.") De scheikunde gaat over Bunsenbranders en reageerbuizen, zeker, maar dat zou geen scheikundige te pas en te onpas roepen. De informatica kent legio toepassingen in het echt, waar een probleem uit de realiteit gemodelleerd kan worden als een taalprobleem en met sterke theorieën aangepakt. Dat men daarbij dan ook nog eens computers kan inschakelen, is mooi meegenomen, maar niet het doel.